Marie is negentien en verveelt zich in haar kleine leventje in een buitenwijk zonder toekomst. In een café ontmoet ze de charismatische en mooie Gerard. Verblind door aanbidding besluit Mary haar ouders en haar baan als klerk te verlaten om te gaan wonen bij de man die zij beschouwt als de liefde van haar leven. Maar Gerard is een pooier, die haar al snel tot prostitutie dwingt. Van thuis tot op straat ontdekt de jonge vrouw geleidelijk een wereld van verval en geweld.